‘Vooral de middenklasse, wit én zwart, profiteert van identiteitspolitiek’
Trouw
We moeten het hebben over klasse als we over racisme praten, stelt de Britse schrijver en columnist Kenan Malik. In zijn nieuwe boek Not so black and white pleit hij voor meer aandacht voor de geschiedenis van klasse en racisme. (...)
Links is te veel bezig met identiteit en te weinig met klassenstrijd, stelt hij nu. “Van het meeste door identiteitspolitiek afgedwongen diversiteitsbeleid profiteert alleen de middenklasse.” (...)
(Tekst loopt door onder de afbeelding.)
En terwijl linkse politici en intellectuelen praten over de emancipatie van mensen van kleur, scheren ze die onterecht over één kam: ook in zwarte, Aziatische, en islamitische gemeenschappen is immers klassenverschil. Het wordt daarom tijd, vindt Malik, om identiteitspolitiek los te laten. “We plaatsen mensen in etnische hokjes. Daarmee definiëren we wie ze zijn en wat ze nodig hebben. Hoe meer we racisme verachten, hoe meer we ons aan raciaal denken vast lijken te klampen.” (...)
“Politiek zou een middel moeten zijn om je voorbij de beperkingen van identiteit te brengen. Identiteitspolitiek doet het omgekeerde en reduceert politiek tot je identiteit.” (...)
“Die geschiedenis is belangrijk, want die laat zien dat de ideeën over ras die wij nu hebben, redelijk nieuw zijn. Tegenwoordig denken we over ras voornamelijk in termen van huidskleur: iemand is zwart, wit, Aziatisch enzovoort. Maar dat was niet hoe 19de-eeuwse denkers zich ras voorstelden. In de VS werden immigranten uit Ierland, Zuid- en Oost-Europa ook niet als wit gezien.
“In de negentiende eeuw was ras een natuurlijke oorzaak, en dus een rechtvaardiging, van sociale ongelijkheid. Zwarte mensen werden gezien als inferieur, maar de witte arbeidersklasse werd op eenzelfde manier gezien. Armen waren een apart ras. En doordat ze wezenlijk verschilden van de bovenklasse, was het ook logisch dat ze bijvoorbeeld niet mochten stemmen, en dat ze niet geëmancipeerd hoefden te worden.” (...)
“Veel mensen in de werkende klasse lijken te denken dat hun achterstand te maken heeft met culturele problemen in plaats van economische en sociale problemen. Anders gezegd: de belangen van een witte fabrieksarbeider liggen dichter bij die van een zwarte fabrieksarbeider dan die van een witte bankier. Maar door een identiteitspolitiek op basis van kleur lijkt het alsof dat niet zo is.” (...)
“De Frans-Martinikaanse intellectueel Frantz Fanon zei ooit dat een zwarte arbeider in Chicago niet dezelfde culturele identiteit of belangen heeft als iemand in Tanzania. Je kunt zwarte mensen niet op een hoop gooien.” (...)
“Universalisme – het idee dat er normen en waarden zijn die universeel gelden – is een concept dat in Europa in de Verlichting ontstaat. De Verlichting is een veelbesproken tijd – voor de één is het een Europese bloeiperiode, voor de ander een tijd van kolonialisme en onderdrukking. Ik denk echter dat we terug moeten naar de universalistische ideeën van toen in hun meest radicale vorm: het geloof dat er iets bestaat als universele menselijkheid en mensenrechten. Zo’n soort universalisme verschilt van de liberaal-universalistische traditie, waarbinnen een geloof in gelijkheid kan samengaan met racisme en kolonialisme.” (...)
“Het probleem met intersectionaliteit is dat het slechts een beschrijving van de wereld is en geen formule om deze te veranderen. Met intersectionaliteit wordt bedoeld: mensen hebben verschillende soorten identiteiten en worden dus op verschillende manieren onderdrukt. Maar het zegt niet hoe je daar uit kunt komen.” (...)
“Omdat de hoop op sociale verandering is uitgehold, verbergen mensen zich in hun eigen hokjes. Hoe meer we dat doen, hoe meer die hokjes de enige manier worden om de wereld te waar te nemen. Door het radicaal universalisme te omarmen, kunnen we weer over onze hokjes heen kijken.”
Tags: #nederlands #boeken #identiteitspolitiek #links #klasse #arbeidersklasse #racisme #discriminatie #humanisme #universalisme #intersectionalisme #intersectionaliteit #onderdrukking #emancipatie #mensenrechten